Aan de oostkant van Rotterdam verbindt de Van Brienenoordbrug met twee naast elkaar gelegen boogbruggen beide oevers van de Maas. Met dagelijks ruim 230.000 voertuigen is de Van Brienenoordbrug de drukst bereden brug in Nederland. Daarnaast passeren per jaar ongeveer 150.000 schepen en gaat de brug 150 keer open voor de hoge scheepvaart.
Om de brug veilig en toekomstbestendig te houden, is vervanging of grondige renovatie nodig. Daarvoor ging Rijkswaterstaat oorspronkelijk uit van het op locatie renoveren van beide boogbruggen. Uit onderzoek is echter gebleken dat deze renovatievariant een langdurige gedeeltelijke afsluiting van de bruggen inhoudt. Om die reden heeft Rijkswaterstaat een alternatief onderzocht: een gedeeltelijke vervangingsvariant. In deze variant wordt een nieuwe brug gebouwd die de Westboog zal vervangen. De huidige Westboog wordt vervolgens op een andere locatie grondig gerenoveerd om na renovatie de Oostboog te vervangen.
Het risicoprofiel van de twee uitvoeringsvarianten verschilt sterk. Iedere variant heeft zijn specifieke voor- en nadelen. Om tot een weloverwogen keuze tussen deze varianten te komen, is een compleet en betrouwbaar beeld van de risico’s nodig die met de twee uitvoeringsmethoden samenhangen. Met dat doel heeft Horvat & Partners in opdracht van Rijkswaterstaat het risicoprofiel van beide varianten beoordeeld.
Voor deze beoordeling hebben wij een risicosessie gehouden met een analyseteam, expertteam en een deel van de projectorganisatie van Rijkswaterstaat. Op basis hiervan hebben wij van beide uitvoeringsvarianten risico’s gechallenged ten aanzien van de: technische maakbaarheid, hinder en veiligheid. Op basis hiervan hebben wij het verschil in risicoprofiel van beide uitvoeringsvarianten in beeld gebracht. Daarnaast hebben wij aanbevelingen gedaan over welke verdere onderzoeken en uitwerking nog nodig zijn om tot een nader onderbouwde keuze van beide uitvoeringsvarianten te komen.